Investeren in Europese alternatieven betekent investeren in lokale technologiebedrijven. Zo draag je bij aan de groei van de Europese techsector, wat op lange termijn bijdraagt aan innovatie en concurrentievermogen versterkt. Maar waardecreatie komt niet voort uit technologie alleen, maar uit mensen die leren die technologie bewust en verantwoord toe te passen, dáár zit het verschil! Aldus Farisch Hanoeman directeur van NRTO-lid School of Data Science in de nieuwsbrief van Actieplan Groene & Digitale Banen.
Versnellen met Europese tech én vakmanschap: hoe digitale autonomie en scholing de arbeidsproductiviteit versterken
In een tijd van structurele personeelstekorten en toenemende werkdruk is de roep om hogere arbeidsproductiviteit luider dan ooit. Robotisering en digitalisering bieden kansen, laat ook het onderzoek ICT beroepen in beeld van het UWV, maar technologie alleen is niet genoeg. Het echte vliegwiel zit in de combinatie van slimme tools én slimme mensen: een leercultuur die technologische innovaties omzet in duurzaam hogere productiviteit. School of Data Science laat zien dat investeren in digitale autonomie hand in hand kan gaan met concrete productiviteitswinst. Door scholing die rendeert en regionale samenwerking dragen zij concreet bij. Hanoeman schreef eerder een blog met 22 redenen om te kiezen voor Europese tech-alternatieven.
Europese technologie, Europese zekerheid
De School of Data Science helpt organisaties met haar opleidingen om over te stappen op Europese techalternatieven voor cloudopslag, data-analyse en applicatieontwikkeling. Dat is niet alleen een keuze voor juridische zekerheid, door te werken binnen het kader van de AVG en zonder afhankelijkheid van buitenlandse wetgeving zoals de Amerikaanse CLOUD Act, maar ook voor innovatiekracht op eigen bodem. Europese techbouwers investeren in groene datacenters, lokale werkgelegenheid en schaalbare open technologieën. Door gebruik te maken van modulaire, energie-efficiënte technologie uit de regio en die te koppelen aan praktische trainingen, worden organisaties minder afhankelijk van rigide platformleveranciers en kunnen zij hun processen sneller optimaliseren. Dit voorkomt vendor lock-in en versnelt implementatiecycli: beide zijn belangrijke voorwaarden om productiviteit daadwerkelijk te verhogen.
Dat dit keiharde noodzaak is, onderstreept ook het Draghi-rapport. Terwijl Europa geen enkel techconcern van wereldformaat creëerde de laatste decennia, schoten ze in Amerika als paddenstoelen uit de grond met de daar bijbehorende productiviteitsgroei.
Scholing die meteen rendeert
Wat School of Data Science onderscheidt, is dat zij hun aanbod direct koppelen aan concrete vragen in de praktijk. Hanoeman: “Waardecreatie komt niet voort uit technologie alleen, maar uit mensen die leren die technologie bewust en verantwoord toe te passen, dáár zit het verschil!
Denk aan professionals in de zorg die leren hoe zij met Europese AI-tools patiëntdata kunnen analyseren zonder privacy risico’s. Of mkb’ers in de maakindustrie die dankzij maatwerkonderwijs sneller processen kunnen automatiseren met Europese platformen.
De opleidingen zijn modulair, praktijkgericht en vaak te volgen naast het werk. Juist deze flexibiliteit maakt dat werknemers én werkgevers snel resultaat zien. Dankzij microcredentials en intensieve begeleiding kunnen deelnemers binnen enkele weken productiever werken, of zelfs nieuwe diensten ontwikkelen. Dit past naadloos in de ambities van het Actieplan Groene en Digitale Banen om de leercultuur te versterken en tegelijk innovatie aan te jagen.
Regionale samenwerking als sleutel
Het succes van deze aanpak is mede te danken aan regionale samenwerking. De School werkt met gemeenten, mkb-clusters en onderwijsinstellingen om inhoud af te stemmen op sectorale behoeften. Bijvoorbeeld met IT-bedrijven in de Randstad regio voor het opschalen van privacy vriendelijke dataplatformen, of met zorginstellingen in Zuid-Holland rond data-ethiek en toegankelijke AI-toepassingen.
Door deze kruisbestuiving worden niet alleen bestaande werknemers effectiever, maar ontstaan ook nieuwe banen die wél vervulbaar zijn: gericht op beheer, analyse en doorontwikkeling van Europese technologie. Daarmee draagt deze aanpak bij aan een bredere economische weerbaarheid, en aan de transitie naar een groenere en digitale economie.
Private opleiders maken het verschil
De rol van opleiders met een NRTO-Keurmerk, zoals School of Data Science, is belangrijk voor het versnellen van arbeidsproductiviteit. Hun wendbaarheid, sectorconnecties en vermogen om direct impact te maken op de werkvloer, zorgen voor concrete stappen. In een tijd waarin zowel techniek als tijd schaars is, laten zij zien dat het anders kan en moet. Jaarlijks volgen 2,4 miljoen volwassenen een opleiding, 2,1 miljoen doen dit bij een private opleider. De Nederlandse Raad voor Training en Opleiding is de branchevereniging voor private opleiders.
