Het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) pleit voor een robotiseringsagenda, waar de overheid, werkgevers en werknemers samenwerken aan kwaliteit van werk als gevolg van robotisering op de arbeidsmarkt. Niet alleen om de risico’s voor de werknemers te verlagen, maar ook om de kansen te benutten. Robotisering kan een oplossing zijn voor de vergrijzing in de bijvoorbeeld de ouderenzorg of voor zwaar lichamelijk werk. Echter er bestaat het risico dat praktisch geschoolden hun werk verliezen door vergaande robotisering.
Daarom is volgens het SCP het instellen van werk-naar-werk trajecten en een blijvende inzet op scholing en ontwikkeling noodzakelijk. Deze scholing en ontwikkeling kan zich richten op het onderhoud van robots of het controleren van werk dat uitgevoerd wordt door robots. Als er niets wordt gedaan zal naar verwachting vooral het werk en inkomen van praktisch geschoolde werknemers onder grote druk komen te staan, terwijl theoretisch opgeleide mensen hiervan juist profiteren. Daarom is een samenwerking tussen overheid, werkgevers en werknemers nodig om het in goede banen te leiden en mensen aan het werk te houden.
Om de samenleving als geheel te laten profiteren van robotisering is het van belang dat er voldoende wordt geïnvesteerd in de werknemers van nu om ze voor te bereiden op het werk van de toekomst. De Actie-Agenda Leven Lang Ontwikkelen die is opgesteld door de Sociaal-Economische Raad biedt volgens het SCP hiervoor goede aanknopingspunten. Verder kan zeggenschap en betrokkenheid van werknemers voorkomen dat robots enkel als bedreiging worden gezien.
“De leden van de NRTO zijn gespecialiseerd in het opleiden van volwassenen. Zij volgen de ontwikkelingen in het werkveld en weten als geen ander aan welke kennis en vaardigheden werkgevers en werkenden behoefte aan hebben. Ook als het gaat om de robotica opleidingen.”; aldus Ria van ’t Klooster, directeur NRTO.